Trip down memorylane

21 juli 2022 - Dinan, Frankrijk

Maandag 18 juli

Gister hebben we na de wandeling eerst een duik genomen in het meer. Uiteindelijk is het wel verfrissend dankzij de wind op je natte lijf daarna, maar het water is eigenlijk gewoon pislauw. En dat vind ik een beetje mêh. Lekker in de schaduw voor de RV geluncht maar er reden wat auto’s voorbij en dan komen er van die stofwolken achteraan en ben ik m’n uitzicht ff kwijt en de Nederlandse buren waren aardig maar hun hond kwam steeds aanlopen en de buurvrouw bleef maar praten enz enz. En aangezien we toch richting Bretagne willen zijn we rond een uur of 4 ingestapt, hebben 2 straten verder nieuw water ingeslagen en alle tankjes even schoongemaakt en zijn doorgereden. Anderhalf uur later reden we op een 90 km weg en volgens de Park4Night app moest het daar zijn. Corné zag met zijn haviksogen aan de andere kant van de weg een vaag karrespoor over het randje heen en dankzij de extra vering aan de achterkant van de RV kwamen we makkelijk het hoogje af. De heuvel af naar beneden, onder een paar bomen door en we waren weer in een paradijsje.

zoek de RV

Er waren 3 plekken langs een riviertje op afstand van elkaar zodat je elkaar eigenlijk niet kon zien. Alleen op de laatste plek stond een camper maar die vertrok in de loop van de avond alsnog. Op het menu stond broccoli met rulgebakken gehakt, ui, champignons en knoflook. Lekker makkelijk en ongeveer het enige wat we nog hadden. Het smaakte prima! Het gehakt was al wel 2 dagen over datum maar we hebben er eens goed aan geroken en na het doorbakken voorzichtig geproefd: niks aan het handje. En waarom ook niet, alsof gehakt weet welke datum het is.

Heerlijk onder de bomen in een poeltje even liggen afkoelen: jawel, het water was goed koud en dat is heerlijk als het dik tegen de 35 graden is. Na het avondeten in de schemering zijn we nog even het water ingesprongen. Even snel skinnydippen, we zijn hier toch alleen op de wereld en dan hoef je geen natte zooi uit te hangen. De rest van de avond hebben we met het gekabbel van het watervalletje op de achtergrond zitten lezen. Wonderbaarlijk genoeg geen enkel insect gezien wat ons wilde opvreten en zo aan het water was ik er wel van uit gegaan dat we al vroeg binnen achter het hor moesten gaan zitten. Dus dat was een prettige meevaller aangezien het in de bus warmer was dan daarbuiten.

Vanmorgen zijn we na de koffie richting Nantes gaan rijden. We proberen elke dag flink wat kilometers te maken want Bretagne ligt een eind weg. Corné heeft bedacht dat we eerst richting Bréhec gaan aangezien ik daar de meeste herinneringen aan heb. Vakanties op camping Les Tamaris met uitzicht over de baai, met het hele gezin en met mijn tante Marieke (daar ben ik naar vernoemd) die vandaag ook nog eens jarig is. Garnalen en krabben vangen die mijn moeder dan kookte en die we met een lekker whisky-sausje op aten. Bramen plukken, op zondag naar de Eglise Reformee waar je dan dwars door een franse psalm ‘moeder ons kraai is dood’ mee zong want dat was hetzelfde wijsje. Over de betonnen muren liepen de hooiwagens en dat was wel een beetje griezelen. Na de kerk kregen we dan artisjokken uit eigen tuin van oude Franse besjes en daarna gingen we mosselen plukken in zee en kersen op de parkeerplaats en hielden we ’s avonds een mosselfeest met artisjokken erbij op de camping met uitzicht op de ondergaande zon in zee. Het ‘blauwe kiezelstrand’ wil ik ook weer vinden want daar ligt wit zand op de bodem en kun je prachtig snorkelen. Zoals tante Marieke aan de telefoon tegen me zei: ‘in Bretagne liggen heel wat voetstapjes van jou’.

We rijden dwars door het midden van Frankrijk en zijn verbaasd over hoe heuvelachtig het blijft. Is er dan geen plat stukje in Frankrijk? Ook is het opvallend hoeveel kastelen, domaines en abbayes hier rondgestrooid zijn. In het meest kleine prutsdorpje staat dan opeens een landhuis compleet ommuurd met bijgebouwen en torentjes waar Louis XIV blij mee zou zijn.

Met onderweg een paar x een stop om inkopen te doen en een snorkel/duikbril te scoren omdat ik nu vreselijk zin krijg om al die herinneringen te herbeleven kwamen we eind van de middag aan bij Lac de la Ticherie, een eind onder Nantes. Naast het meer is een grote parking maar met maximale doorrijhoogte van 2 meter. Dankzij de Park4Night app zijn wij via een ander weggetje aan komen rijden waarbij we op een kleine parking terecht kwamen waar nog een camper stond. Via een wandelpaadje kwamen we aan bij het meer. Het was vandaag echt schandalig heet: 42 graden! En de airco blijkt het niet te doen in de RV dus rijden we met de ramen open. Nou liggen we daar normaal gesproken niet wakker van, we hebben in Amerika 5 maanden rondgereden met een kapotte airco en hebben ons daar geen moment druk over gemaakt. Dat was blijkbaar heel bijzonder. (vooral voor een Amerikaan denk ik) want we kregen naderhand flink wat geld terug omdat het niet voor te stellen was dat we zonder airco gereden hadden. Mooi onverwachts mats was dat)

In elk geval vonden we het tot vandaag wel prima, met een beetje rijwind is het heerlijk. Maar vandaag was echt niet te doen dus we waren blij dat we een meer vonden. In dit deel van Frankrijk zijn een stuk minder frisse watertjes te vinden. Het was dusdanig heet en winderig dat je al bijna droog was als je van het meer naar je stoel gelopen was. Het maakte de Amerika-herinnering wel compleet: ’s morgens waren we in een supermarkt geweest die zich kon meten met een Walmart (zo groot) en de rest van de dag deed ons denken aan Las Vegas waar je de hele dag (en nacht) een soort fohn-ervaring hebt: continu een hete wind.

Lac de Tricherie

Begin van de avond een klein beetje gegeten en toen nog een duik genomen. Daar friste is dusdanig van op dat ik voorstelde nog een eind te gaan rijden. Het alternatief was boekje lezen en de vliegen van je bezwete lichaam afslaan. Corné had al genoten van een koud biertje dus ik ging rijden. We zagen de temperatuur zakken! Tegen elven was het nog maar 34 graden en stonden we 10 minuutjes van de snelweg af in een super stil bos. Bizar dat 34 graden bijna koel aan kan voelen. Maar goed, in de RV was het heter dus hebben we de fan op ‘air in’ gezet en zijn met een ‘koel windje’ gaan slapen.

Ken je dat, dat je soms langs de kant van de weg iets ziet liggen waarvan je denkt: hoe dan? Hoe komt dit hier terecht, hoe verlies je dit zonder dat je het door hebt? Een paar sokken, een losse schoen, of bijvoorbeeld een theedoek. Nou, wij zijn een keukenhanddoek kwijt en die ligt vast ergens langs de snelweg. Achter de bestuurdersstoel eindigt de keuken en aan 2 haakjes hangen daar een handdoek+theedoek. Vanwege het gebrek aan airco hebben we dus de ramen wagenwijd open met 90 km per uur. Opeens zegt Corné: uhm…kun jij even deze theedoek redden? Die hing dus nog keurig aan z’n haakje maar wel al voor de helft naar buiten te wapperen. Opeens begrepen we waar de onvindbare handdoek gebleven was ;-)

Dinsdag 19 juli

Dat was een onverwachte prima nacht in de hitte en vanmorgen was het afgekoeld tot een acceptabele 30 graden. In no-time zaten we weer op de snelweg, even later er weer af om te tanken bij de Intermarché en wat vuilnis weg te gooien en toen nog een uurtje naar Bréhec. Het is hier bewolkt en de temperatuur keldert. Het is inmiddels 23 graden. Terwijl we dichterbij komen ziet Corné bij mij een verwachtingsvolle spanning ontstaan. Ik herken allerlei namen uit mijn jeugd die me eigenlijk niets zeggen: Paimpol, Guingamp en Saint-Brieuc… en dan komen we boven aan op een klif en kijken we neer op Dé Baai. De baai waar ik vakanties doorbracht en puber was, waar ik ’s avonds laat over het strand liep met een hoofd vol romantische gedachten terwijl de maan over de zee scheen en de streep maneschijn op een magische manier met mijn wandeling meebewoog. Waar ome Cees (Zomer) bij een groot kampvuur ter plekke liedjes verzon bij zijn gitaarspel en waar we in de poeltjes tijdens eb naar garnalen, krabbetjes en kleine visjes zochten die we naar oude Franse dametjes brachten die met een emmer ‘fruit de la mer’ verzamelden en met hun tandeloze lach ons steeds toeriepen: ‘pour la soup’. Waar ik met m’n broers salto’s sprong in zee vanaf het haventje. Dan moest het wel vloed zijn want bij eb lag het droog. En omdat we zo lang mogelijk wilden springen en duiken waarschuwden we elkaar als het water te ondiep werd: als je dan een salto deed moest je bij het raken van het water onmiddellijk je benen intrekken anders brak je ze. En nu kwam je gewoon met je kont op de zeebodem. Het is maar goed dan ouders niet alles weten wat hun kinderen doen.

Het haventje met de muur waar wij vanaf doken

We parkeren de RV en vermaken ons even binnen terwijl er een regenbui overwaait. Daarna gaan we aan de wandel en vermaken ons ruim 10 km in de omgeving. Corné geniet van mijn enthousiasme, zeker als ik het ‘blauwe kiezelstrand’ herken. Daar begint het weer te regenen en terwijl ik over de rotsen klauter op zoek naar een grot om te schuilen zie ik even laten vanuit mijn droge plekje Corné de zee in wandelen. Dit is voor het eerst dat hij eerder ‘door’ is dan ik! Ach, hij werd toch wel nat dacht hij…en ik geniet als hij later uitlegt hoe een landbouwwerktuig werkt, ooit heeft hij met zo’n soort machine bij een boer prei geplant.

plantjes-poot-apparaatplantjes

Het laatste deel van de wandeling gaat door Bréhec en ik laat Corné zien waar we de salto’s sprongen. Eenmaal bij de RV besluiten we naar het blauwe kiezelstrand te rijden. Stoelen, boeken, een pot thee en de duikbril onder de arm en we zitten in het zonnetje want het is inmiddels opengetrokken. Met een aangename 24 graden zijn wij extreem content. We hebben het nog niet eerder zo lekker gehad. We wisselen af met de duikbril en ik keer terug in de magische wereld van toen ik een jaar of 14 was. Ik zwem tussen rotsen, over wit zand en door scholen langwerpige blauwe visjes. Onder me zie ik een grote vis zwemmen en op de rotsen herken ik de mosselen en van die driehoekige schelpjes terwijl het wier heen en weer waaiert. Het getij is ook zoiets magisch. In Nederland heb je vooral meer of minder strand. Hier komt er een hele verborgen wereld aan de oppervlakte en verdwijnt weer.

puike overnachtingsplek bij het blauwe kiezelstrandhet blauwe kiezelstrandHet blauwe kiezelstrand

Donderdag 21 juli

Gister was echt ‘trip down memorylane-dag’ voor mij. We zijn we op de racefiets gestapt en hebben dik 70 km door de omgeving gefietst. Prachtig is het hier. Regelmatig uitzicht over zee met z’n ruige rotsen en vele eilandjes. Tijdens eb zijn het er een stuk meer. Haventjes vol bootjes die met eb droog liggen en een keur aan oude (en heul oude) kerkjes. Zo nu en dan stoppen we even om te genieten van een onverwacht pareltje. Zoals een deel van een oude abdij die nog overeind staat.

Abdij langs zee

De blauwe Bretonse kleur is veel aanwezig en de taal ook aangezien de plaatsnaamborden allemaal tweetalig zijn en we hier en daar een spandoek zien waarop een bebrild meisje van een jaar of 9 zegt: ‘als ik later groot ben ben ik tweetalig en spreek ik Frans èn Bretons’. Het doet ons aan Keltisch denken maar ach, misschien is dat wel vloeken in de kerk, van beide talen hebben we tenslotte geen verstand.

Eenmaal terug bij de RV zijn we lekker de zee ingedoken. Beetje snorkelen, beetje zwemmen, beetje boekje lezen en theetje drinken. Na een paar uurtjes trok het dicht en werd het fris, hier aan de kust heb je de zon wel nodig om het lekker te hebben in je bikini. We zijn naar een ander uitkijkpunt gereden en daar trok het weer open. De fietskleding had ik gewassen. Corné heeft een touw om de RV heen gebonden waaraan ik het te wapperen heb gehangen.

Het was inmiddels 4 uur maar we hadden geen zin om de rest van de dag een boek te lezen en Corné had ook geen behoefte aan culturele uitstapjes. Dus hebben we de wandelschoenen aangetrokken en zijn de berg afgedaald richting Bréhec plage. Er kwamen steeds meer herinneringen naar boven en we zijn de ingang van de camping gaan zoeken. De camping bleek gesloten, en aan de begroeiing te zien al een paar jaar.

Camping Les Tamaris

Maar het hok waar we 30 jaar geleden de afwas deden was er nog, evenals de mooie camping-terrassen met uitzicht over de baai. Vervolgens zijn we doorgelopen om het pad te zoeken wat naar de punt van de baai zou leiden. Dat was een leuke hike waarbij we uiteindelijk op de punt stonden en een wijds uitzicht over zee hadden.

blije wijWandelen naar de punt van de baai

Het leuke van de kust van Bretagne is dat je eigenlijk een baai in een baai in een baai hebt. Toen weer teruggehuppeld, afgedaald bij de eerste mogelijkheid en over de rotsen naar het strand geklauterd. Dankzij eb was dit mogelijk. Over deze rotsen rende ik samen met m’n broer Jaap, we renden en sprongen zo snel mogelijk en pas in de lucht besloten we op welke steen we zouden landen. Heerlijk gevoel was dat als je lijf precies doet wat je geest wil. En het ging eigenlijk altijd goed. Ik heb het nog een klein stukje gedaan en dat ging prima maar als je ouder wordt word je toch ook een beetje schijteriger en denk je na over eventuele consequenties en gebroken benen enzo.

rennen over de stenen

Het was nog te vroeg voor Franse begrippen om al neer te strijken bij een restaurantje voor mosselen+frites dus dat bewaren we voor een andere x. Dus weer de berg op naar de andere punt van de baai waar de RV stond. Toch maar weer teruggereden naar het blauwe kiezelstrand (wat echt om de hoek is) om het zweet van ons af te spoelen. Daarna werd het snel fris, hebben we eten gemaakt en zijn we in de RV gaan zitten. Hier in Bretagne schijn je alleen op een heuvel ontvangst te hebben dus ben ik een eindje omhoog geklauterd om mijn moeder te bellen. Toen kon ik ook meteen wat appjes van kids en andere beantwoorden en mijn email binnenhalen: Yes! M’n paper is nagekeken en voldoende bevonden. Weer een vinkje dichter bij mijn diploma. Het blijft frustrerend en demotiverend dat je alleen een voldoende of onvoldoende kunt krijgen zodat je nooit weet of je een hakken-over-de-sloot-zesje hebt afgeleverd of een bijna-tien-paper.

Maar goed, we vonden het vanmorgen wat frisjes aan de kust en mijn trip down memorylane-behoefte is bevredigd dus we zijn richting Dinan gaan rijden, in het binnenland is het net een graad of 5 warmer. Onderweg boodschappen gedaan en daar zag Corné ook een baardtrimmer liggen. Hij heeft zich al een week of 3 niet geschoren en met een scheermesje is dat ook niet leuk meer nu. Ook begint hij het kritische punt te bereiken waarop ik ga weigeren te zoenen. Ik heb iets tegen snorren. Dus nu heeft-ie er eentje op batterijen die standaard in de RV kan blijven liggen.

ff scheren

In Dinant ligt naast een betaalde parking een megagroot grasveld waar je gratis mag parkeren en max. 3 nachten mag slapen. We hebben de RV een beetje achteraan neergezet, wij houden van wat meer rust en malen niet over verder lopen. Het uitzicht is geweldig: op de stadsmuren en zo’n bogen-brug. Eerst maar eens de stad in om een hapje te eten. En jawel, m’n moules met frites waren heerlijk! Volgens Corné leek ik wel een eekhoorntje zoals ik al die schelpjes leeg zag te snoepen, opzij gooide en de volgende pakte.

lunchen in DinanMoules et frites

Hij genoot van de vis van de dag. Daarna het charmante stadje doorgekuierd en genoten van de middeleeuwse huizen, het gemoedelijke sfeertje en de kathedraal.

ouwe huisjeskathedraal

Foto’s

3 Reacties

  1. Marieke:
    21 juli 2022
    Het was dus een heerlijk weerzien.Fijn dat je het hebt kunnen vinden. Weet je ook waarom Les Tamaris is gesloten?
  2. Marije:
    21 juli 2022
    Nee. Geen idee. Ik kon ook niets vinden over of het te koop was. Het ziet er nog steeds uit als een toplocatie dus ik snap het niet.
  3. Riet last:
    21 juli 2022
    Wat een verhaal joh, heel gezellig!! Fijn al die herinneringen en om de plaatsen ook weer te zien en te voelen!! En prachtige foto's. Kunnen jullie nu weer lekker zoenen anders ga ik me zorgen maken!🤣😍💋💋